blog
#groeien
01.02.2022
Leestijd 4 minuten

Veranderde HR wet- en regelgeving in 2022

Het kabinet-Rutte IV is net beëdigd. Vanwege de lange formatieperiode werden verschillende plannen uitgesteld of van de tafel geveegd, wat gevolgen heeft voor de aanpassing van verschillende wetten en regels. Wij zetten de vijf belangrijkste veranderingen in de HR wet- en regelgeving in 2022 op een rij.

Het STAP-budget

Vanaf 1 maart 2022 wordt het voor werkenden en werkzoekenden makkelijker om hun kennis bij te spijkeren. Met het STAP-budget krijgen zij een subsidie voorafgaand aan hun opleiding in plaats van een vergoeding achteraf. Het kabinet hoopt dat nu meer mensen kiezen voor een opleiding. Het levert daarnaast ook voordelen op voor werkgevers: opleidingen dragen bij aan de duurzame inzetbaarheid van werknemers.

Het STAP-budget staat los van de gerichte vrijstelling die werkgevers zelf hebben wanneer het gaat om het volgen van een opleiding of studie gericht op het vervullen van een beroep in de toekomst. Wanneer een werkgever de studiekosten vergoed, kan de werknemer geen aanspraak maken op het STAP-budget. Werkenden en werkzoekenden kunnen vanaf maart een aanvraag indien bij UWV. Voor het volgen van een opleiding is een budget van maximaal 1.000 euro per persoon per jaar beschikbaar.

Vergoeding thuiswerkkosten

 

Sinds het begin van de crisis is een groot deel van de werkzame beroepsbevolking overgestapt naar het thuiswerken of een hybride werkmodel. Het thuiswerken heeft invloed op de uitgaven van zowel werknemers als werkgevers. Denk bijvoorbeeld aan reiskosten, de bedrijfslunch tot de inrichting van een thuiswerkplek. Het kabinet ging uit van een tijdelijke situatie en stond toe dat werkgevers in bepaalde situaties onbelaste vergoedingen mochten blijven doorbetalen, maar zo ontstond een verschil in compensatie in thuiswerkkosten voor werknemers.

 

Vanaf 1 januari 2022 mogen werkgevers bepaalde thuiswerkkosten vrij van loonheffingen vergoeden. Het gaat om een bedrag van maximaal 2 euro per dag. Belangrijk om te onthouden: voor de kosten van werkplekvoorzieningen, bijvoorbeeld de aanschaf van een bureau of laptop, bestaat al een gerichte vrijstelling. Deze kosten vallen niet onder de thuiswerkkostenvergoeding. Daarnaast blijft de onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer bestaan. Het gaat om maximaal 0,19 euro per kilometer. Als werkgever kan je maar één vergoeding toepassen: óf de thuiswerkkostenvergoeding, óf de reiskostenvergoeding.

 

 

Betaald ouderschapsverlof

 

Jarenlang was het recht op ouderschapsverlof een recht in de vorm van onbetaald verlof. Wegens nieuwe Europese regelgeving is Nederland verplicht om een betaalde variant van ouderschapsverlof in te voeren. Vanaf 2 augustus 2022 wordt het betaald ouderschapsverlof voor beide ouders ingevoerd. Ouders krijgen de kans om negen weken betaald verlof op te nemen voor de binding met het pasgeboren kind. Overigens kan de tijd tussen partners verdeeld worden. Voor een meer gelijke verdeling tussen werk en zorg, krijgen ouders de eerste negen weken van UWV een uitkering van 50 procent van hun dagloon (tot 50 procent van het maximum dagloon).

Maatregel overwerk

 

Het vormt een belangrijk onderdeel van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB): de WW-premiedifferentiatie. Voor vaste contracten betalen werkgevers een lage WW-premie en een hogere premie voor flexibele contracten. Voor werkgevers zijn vaste contracten aantrekkelijker. Op grond van de WAB moet een werkgever met terugwerkende kracht de premie afdragen als een werknemer in een kalenderjaar meer dan 30 procent of meer in uren heeft overgewerkt. Deze bepaling was tijdens de coronacrisis door het kabinet tijdelijk opgeschort omdat veel parttimers, met name in de zorgsector, noodgedwongen meer dan 30 procent overwerkten. Vanaf 1 januari 2022 geldt de 30 procent toets weer voor alle werkgevers.
 

Einde overgangsrecht

Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd Oudere werknemers die na hun pensioen door willen blijven werken werden sinds 2016 gesteund door de Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd. In 2016 werd ook een overgangsrecht afgesproken om te voorkomen dat AOW-gerechtigden oudere werknemers – maar nog geen pensionado’s – zouden verdringen van de arbeidsmarkt. In 2022 eindigt het overgangsrecht, maar de Tweede Kamer moet het ontwerpbesluit nog goedkeuren.

Na goedkeuring van het ontwerpbesluit betekent dat de rechten van zieke AOW-gerechtigde werknemers worden versoberd: de loondoorbetalingsperiode bij ziekte wordt verkort van dertien naar zes weken. En dit geldt eveneens voor de duur van het opzegverbod bij ziekte, de re-integratieverplichtingen en het recht op een Ziektewetuitkering.

Benieuwd naar onze opdrachten?