blog
04.01.2023
Leestijd 3 minuten

Welke organisatiestructuur kies jij?. Total Talent Flow.

De zaken gaan goed! Je bedrijf groeit en er komt steeds meer personeel bij. Dan komt er ergens een moment dat je moet gaan nadenken over structuur en een goede verdeling van al het werk dat er ligt. Het kiezen van een organisatiestructuur helpt je hierbij. Maar wat is een organisatiestructuur eigenlijk? Welke organisatiestructuren zijn er en welk model past het best bij jouw bedrijf?

De betekenis van organisatiestructuur is vrij eenvoudig: het gaat om de manier waarop taken binnen een organisatie verdeeld worden en met elkaar samenhangen en hoe de autoriteits- en verantwoordingsrelaties eruit zien. Toch is de realiteit wat complexer dan deze korte uitleg. Er zijn namelijk veel verschillende organisatiestructuren waaruit je kunt kiezen. En daar komt nog eens bij dat een organisatie vrijwel nooit maar één enkel model gebruikt. Veel vaker zie je elementen van meerdere modellen in een organisatiestructuur terug.

Om je toch wat meer inzicht te geven in de mogelijkheden die er zijn, vind je hieronder een korte uitleg over zeven verschillende organisatiestructuren. Gebruik deze voorbeelden ter inspiratie en bepaal uiteindelijk zelf welke structuur, of welke combinatie van structuren, het best bij je bedrijf past.

Om de verschillende organisatiestructuren te beschrijven, gebruiken we de modellen van Mintzberg. Henry Mintzberg is een van de belangrijkste specialisten op het gebied van organisatiesociologie. Hij heeft vele boeken op zijn naam staan, waaronder The Structuring of Organizations. Hierin beschrijft hij zeven verschillende organisatiestructuren of organisatietypes:

Deze organisatiestructuur is heel plat en bestaat uit een enkele top die medewerkers aanstuurt. Je ziet dit model vaak bij kleine, startende organisaties. De korte lijnen maken de organisatie heel wendbaar en flexibel. Een nadeel is dat er veel verantwoordelijkheid op de schouders van één of enkele managers ligt. Vallen deze uit, dan heeft dit grote gevolgen. Daarom is deze structuur bij grotere organisaties meestal meer houdbaar.

In de machine organisatie draait alles om regels, protocollen en standaardisering van werkprocessen. Er is een groot middenmanagement en over het algemeen weinig ruimte voor eigen initiatief van medewerkers. In productiebedrijven of grote bedrijven die met wetgeving werken, zoals overheidsinstanties, werkt deze organisatiestructuur vaak heel goed. Een nadeel is dat afdelingen vaak los van elkaar werken, waardoor er een ‘eilandjescultuur’ kan ontstaan.

In een organisatie met een professionele structuur werken professionals met gespecialiseerde vakkennis. Ze hebben veel eigen bevoegdheid en er is weinig sturing van bovenaf. Het nadeel hiervan is dat ieder ‘zijn ding’ uitstekend doet, maar het is lastig om een duidelijke strategische koers te bepalen en deze uit te voeren.

Een organisatie met een divisiestructuur bestaat uit één hoofdkantoor met daaronder meerdere divisies. Deze zijn ingedeeld op basis van bijvoorbeeld marktdiversiteit, producten of geografische ligging. De beslissingsbevoegdheid ligt binnen de divisies zelf, waardoor zij zelf hun koers kunnen bepalen. Het gevaar van deze organisatiestructuur ligt in potentiële meningsverschillen over de strategische koers, waardoor er tegenstrijdige belangen kunnen ontstaan.

In tegenstelling tot de hierboven genoemde modellen heeft een innovatieve organisatie weinig structuur. Door niets te standaardiseren is alles mogelijk en staat de organisatie volledig open voor innovatie. Er wordt projectmatig gewerkt en de beslissingsbevoegdheid ligt daar waar deze op dat moment nodig is. Deze organisatiestructuur werkt vaak met een matrix met daarin de verschillende functionele afdelingen en de lopende projecten. Daarom wordt ook wel gesproken van een matrix organisatiestructuur. Het voordeel van deze werkwijze is dat er snel geschakeld kan worden en dat medewerkers de ruimte krijgen om hun talenten effectief in te zetten, ook buiten hun eigen functie. Als nadeel kan gebrek aan controle en overzicht genoemd worden.

In deze organisatiestructuur staat de ideologie, ofwel de missie, van de organisatie centraal. Medewerkers werken volledig in dienst van deze (interne) missie. Een goed voorbeeld van een bedrijf met deze organisatiestructuur is Apple.

De laatste door Mintzberg omschreven structuur is de politieke organisatie. Eigenlijk is dit geen structuur en kent dit model geen echte voordelen. Het draait vooral om machtsverhoudingen en het is lang niet altijd duidelijk wie voor wat verantwoordelijk is. Dit zie je vaak terug in de fracties van politieke partijen, vandaar ook de naam politieke organisatie.